Risotto met ui, champignons, tomaatjes en geraspte kaas is een overheerlijk recept.
Alleen is het wel een recept waar je ruim de tijd voor moet nemen, want het is veel werk. Het vele werk zit hem in het roerwerk. Van het begin tot het einde moet je namelijk blijven roeren.

Daarom is het heel erg belangrijk dat je vooraf alle groenten gesneden hebt en klaar hebt staan. Dat geldt ook voor de bouillon, de witte wijn en de geraspte kaas.
Zorg dat deze klaar staan.

Dit recept is glutenvrij, lactosevrij, notenvrij, eivrij, vegetarisch.

voor 4 personen

Ingrediënten:
500 gram risotto (ik heb Riso Aborio gebruikt, te koop bij AH)
1 grote ui, fijngesnipperd
1 grote sjalot, fijngesnipperd
250 gram kastanjechampignons, in halve plakjes gesneden
6 kleine cherrytomaatjes, in dunne plakjes gesneden
100 gram Grana Padano of extra belegen kaas, geraspt
250 ml witte wijn
1 liter groente- of uienbouillon (ik heb uienbouillon gebruikt)
boter om in te bakken + boter om het af te maken als de risotto klaar is
versgemalen zwarte peper.

Voorbereidingstijd: 10-15 minuten
Bereidingstijd: 30-45 minuten (ruim genomen)
Verder nog nodig: hapjespan of braadpan

Vooraf doen:
Snijd alle groenten en zet deze apart.
Rasp de kaas en zet deze apart.
Maak de bouillon: 1 liter water koken en los 2 blokjes bouillon op en zet deze apart.

Bereiding:
Pak de hapjespan of braadpan en doe een flinke klont boter in de pan en verhit deze.
Voeg de fijngesneden ui en sjalotje erbij en bak deze totdat ze glazig zien.
Voeg de risotto erbij en bak deze al roerend op totdat de risotto van ondoorzichtig er glazig uit gaan zien.
Voeg beetje bij beetje de witte wijn erbij en blijf roeren in de pan.
Als alle wijn goed is opgenomen door de rijst, dan is het tijd om elke keer een soeplepel bouillon toe te voegen.
En al die tijd moet je blijven roeren, anders gaat de rijst aanbranden.
Voeg halverwege de champignonsplakjes en de tomatenplakjes toe en roer deze goed door de rijst heen.
Zodra alle bouillon is toegevoegd zet je het vuur iets lager of als je op een inductiekookplaat werkt op 120 of 140 graden.
Het moet blijven pruttelen.
Blijf roeren totdat de bouillon goed is opgenomen door de rijst en de champignonsplakjes gaar gekookt zijn.
Als de champignonsplakjes gaar zijn, zet je het vuur of de kookplaat uit en laat je de risotto nog iets van één minuut staan.
Gebruik je een inductiekookplaat, zet dan de pan op een andere plek want de pan blijft anders te heet.
Ondertussen roer je de geraspte kaas en een klein stukje boter door de risotto heen.
Serveer de risotto eventueel met wat extra geraspte kaas op de risotto.
Bron: eigen recept – ©️ www.glutenvrijkookhoekje